[nectar_slider full_width=”true” parallax=”true” location=”Dierfysiotherapie en indicaties” slider_height=”500″ autorotate=””]


Dierfysiotherapie is bedoeld om klachten aan het bewegingsapparaat van uw dier te voorkomen of te verlichten. Daarbij kunt u denken aan een lichte verstuiking tijdens het uitlaten, tot het herstel na een operatie. Ook prestatievermindering, gedragsverandering of het niet fijn vinden om op 1 plek aangeraakt of geborsteld te worden kunnen indicaties zijn.

Door een preventieve check kunnen blessures tijdig worden opgespoord of worden voorkomen!

Behandeling hond

Als een hond laat merken dat hij pijn heeft, is er vaak al meer aan de hand. In de roedel is een zwak dier namelijk een verzwakking van de gehele roedel. Daarom zal de hond proberen niets te laten merken.



De volgende symptomen kunnen aanleiding zijn om uw hond fysiotherapeutisch te laten onderzoeken. Voor curatieve behandeling, dus gericht op het genezen, kunt u beter eerst uw dierenarts raadplegen. Deze kan u dan naar mij doorverwijzen. Eventueel kunt u hierom vragen.

[one_half]

Symptomen:

  • Kreupel lopen
  • Problemen tijdens bewegen: wandelen, rennen, springen, sporten
  • Stijfheid
  • Pijnreacties bij aanraken of borstelen, of bij plassen of poepen.
  • Verandering in gedrag
  • Krachtsverlies
  • Minder graag lopen
  • Zwelling
  • Temperatuurverschillen
  • (Vaker) struikelen
  • Verminderde prestaties
  • Startkreupelheid
  • Verstuiking
  • Pijnlijke spieren

[/one_half]

[one_half_last]

Diagnoses:

  • Revalidatie na een operatie, zoals een knie- of heupoperatie
  • Gewrichtsklachten, zoals LPA, LPC, heupdysplasie (HD), osteochondrosis dissecans (OCD)
  • Spierziekten
  • Artrose/artritis
  • Ouderdomsklachten, zoals algehele stijfheid, overgewicht en/of bewegingsarmoede
  • Hernia
  • Spondylose
  • Verlammingsverschijnselen, ataxie, verminderde coördinatie
  • Onvoldoende reactie op pijnmedicatie bij een stoornis aan het bewegingsapparaat, of nadelige effecten ervan voor uw dier
  • Lumbo-sacrale instabiliteit/stenose

[/one_half_last]

Behandelmogelijkheden

Als dierenfysiotherapeut staan er een aantal middelen ter beschikking om de klachten van uw dier te verminderen;

  • Bewegingstherapie ter vermindering van stijfheid en ter verbetering van spierkracht, stabiliteit, mobiliteit en coördinatie
  • Massage ter verbetering van de circulatie, het normaliseren van spierspanning en het verminderen van zwellingen
  • Fysiotechnische applicaties zoals warmte, koude, elektromagnetisme en licht (UV- en laserstraling), elektrotherapie en ultrageluid
  • Adviezen, bijvoorbeeld met betrekking tot voeding, rust en/of beweging, de bodem waarop getraind wordt, ter bevordering van herstel en ter voorkoming van herhaling.

Button

Voorhand

Schouder:
OCD: OsteoChondrosis Dissecans; In het gewricht ontstaat een los stukje kraakbeen door een ontwikkelingsfout. Dit kan irritatie, pijn en zwelling geven in het gewricht, en dan met name van het kraakbeen. Het kan in alle gewrichten voorkomen, maar bij de hond komt het het vaakst voor in de schouder. Operatief verwijderen is de beste optie, zodat de irritatie niet toeneemt en de kans op artrose afneemt.

Elleboog:
ED (Elleboogdysplasie); dit houdt in dat de botdelen van de elleboog niet goed op elkaar aansluiten. Hierdoor is de elleboog gevoeliger voor blessures en kunnen er zelfs stukjes bot of kraakbeen afbreken en in het gewricht terecht komen! Deze stukjes irriteren het kraakbeen van de elleboog, waardoor versneld artrose kan ontstaan. De dieren zijn bij het ontstaan nog in de groei (enkele maanden tot 1 jaar oud).

Er zijn meerdere oorzaken voor, zoals erfelijke belasting, voeding en blessures. Het kan zich op verschillende manieren uiten:

  • Een los processus coronoideus. Dit stukje kraakbeen ligt nu los in het gewricht, wat kraakbeenschade en artrose als gevolg kan hebben.
  • Een los processus anconeus. Dit is een ander stukje kraakbeen wat los in het gewricht kan liggen en hier kraakbeenschade en artrose kan geven.
  • Osteochondrosis Dissecans. Loszittende stukjes kraakbeen in het gewricht. Zie ook bij de schouder.
  • Radius curvus. Een ongelijke groei tussen het spaakbeen (radius) en de ellepijp (ulna). De radius draait om de ulna heen.

De behandeling is operatief, om de oorzaak van de klachten weg te nemen. Fysiotherapie kan een goede ondersteuning bieden na de operatie, om het herstel te bespoedigen. Ook kan fysiotherapie helpen bij het afvallen en het opstellen van een schema om de hond gedoseerd actief te houden en bijvoorbeeld de spieren rondom de elleboog te versterken.

Pols:
Ook wel carpus genoemd. Overrekking van de banden en pezen komt hier regelmatig voor. Bijvoorbeeld door een hoge sprong ergens vanaf of verkeerd gebruik van een flyball apparaat. Hondenfysio kan bijvoorbeeld helpen met het verminderen van de spanning in de betrokken musculatuur en het gedoseerd opbouwen van de activiteiten.

 

Wervelkolom

Nek

Hernia:  de tussenwervelschijf puilt uit en drukt tegen het ruggenmerg of de zenuwen. Rust en medicatie helpt vaak goed. Fysiotherapie kan onder andere helpen de pijn en verhoogde spierspanning te verminderen. En adviezen geven hoe u het beste kunt omgaan met de klacht van uw hond.

Wobbler: er ontstaat druk op het ruggenmerg door instabiliteit van de nekwervels. Dit geeft zwakheid en een wankele (wobbly) gang.

Middenrug 

Hernia: de tussenwervelschijf puilt uit en drukt tegen het ruggenmerg of de zenuwen.

Lage rug

Stenose: een vernauwing van het wervelkanaal.

Instabiliteit: teveel speling in het onderste deel van de rug.

Vaak komt er een instabiliteit voor tussen de onderste lumbale wervel en het heiligbeen. Door extra botvorming (spondylose) probeert het lichaam dit te stabiliseren.

Cauda equina syndroom: afknelling van de betrokken zenuwen

Achterhand:

Heup

HD: Heupdysplasie. Er is sprake van verminderde aansluiting van de botdelen, in dit geval de heupkop en de heupkom. Genetische aanleg is de belangrijkste oorzaak, maar voeding en belasting van het jonge dier spelen ook mee.

Er zijn verschillende behandelingen mogelijk:

  • Operatief; vooral bij jonge honden of kleinere oudere honden. De heupkom kan door middel van een bekkenkanteling worden veranderd, waardoor de klachten verminderen. Dit wordt alleen bij honden jonger dan 1 jaar gedaan. De heupkop kan ook verwijderd worden, zodat het been alleen door spieren op zijn plek wordt gehouden. Bij zwaardere honden geeft deze operatie weinig verbetering.
  • Niet-operatief.
    – Medicatie, zoals ontstekingsremmers
    – Afvallen
    – Voeding en voedingssuplementen, zoals omega-3

Fysiotherapie kan een ondersteunende rol spelen na een operatie. Maar ook bij het helpen afvallen en het opstellen van een schema om de hond gedoseerd actief te houden en bijvoorbeeld de spieren rondom de heup te versterken.

Calvé Legg Perthes: Onvoldoende bloedtoevoer naar de heupkop. Hierdoor wordt het kraakbeen misvormt of sterft de kop zelfs af! Meestal wordt een operatie uitgevoerd, waarbij de heupkop wordt verwijderd. Omdat de ziekte vooral bij jonge (4-12 maanden) en kleine honden voorkomt, kunnen ze daarna weer redelijk goed functioneren.

Knie

  • Kruisbandletsel ingescheurde of afgescheurde kruisbanden. Indien de voorste kruisband is afgescheurd is een operatie noodzakelijk. Dit kan een TPLO en TTA zijn.
  • Meniscusklachten vaak in combinatie met kruisbandletsel en vaak traumatisch, dus na een val of verdraaiing.
  • Patellaluxatie: het “uit de kom” schieten van de knieschijf. Dit kan zowel naar de binnenkant of naar de buitenkant gebeuren.

Fysiotherapie helpt sneller te herstellen na operatie. Of om de juiste spieren te trainen waardoor de luxatie minder vaak of niet meer optreedt.

Algemeen:

  • overgewicht
  • artrose
  • ouderdomsklachten, zoals stijfheid, bewegingsarmoede en overgewicht
  • pijn
  • operaties
  • spierziekten
  • kreupelheid